Orval heeft de laatste jaren een sterke opmars gekend.
Het bier is gewild en dus schaars, dat voedt uiteraard de discussies tussen bierliefhebbers.
Orval is inderdaad een bijzonder bier.
Het wordt gebrouwen sinds de jaren 1930 door de Trappisten van de abdij Notre Dame d’Orval en was voor die tijd bijzonder bitter. Sinds het begin van het nieuwe millennium worden bittere bieren steeds meer geapprecieerd door een altijd groter wordend publiek en werd Orval zo populair dat er een ware schaarste ontstond.
In de oorspronkelijke brouwinstallatie werd Orval in open koelschip gekoeld (zoals dat nu nog gebeurt bij sommige lambiekbieren).
Het gevolg was dat de kwaliteit nogal wisselvallig was, maar ook dat Orval een eigen uniek aroma van wilde gist had.
Het bier rijpte niet op houten tonnen, dus alleen het aroma van de wilde gist was aanwezig in het bier, zonder de typerende zuren van een lambiek.
Toen een nieuwe brouwinstallatie werd gebouwd om aan de moderne vereisten te voldoen en een stabiele kwaliteit te verzekeren was die wilde gist een grote zorg.
In samenwerking met de universiteit van Gent werd de bijzondere gist van Orval geselecteerd en verder gekweekt om de Orval zijn bijzonder aroma te blijven geven.
Het is ook die specifieke “wilde gist” (hoewel gekweekt) die er voor zorgt dat Orval bijzonder lang bewaart voor een amber bier met slechts 6,2% alc. “Wilde gist” blijft namelijk zeer lang actief in de fles en blijft ook de laatste beetjes restsuiker vergisten waarbij hij zijn aroma’s sterker vrijgeeft.
Die kennis zorgt ervoor dat veel bierliefhebbers hun Orval lang bewaren (soms 5 of zelfs 10 jaar), maar ook dat (ietwat opportunistische) horeca uitbaters een meerprijs vragen voor Orval vanaf 6 maanden.
Oude Orval is dus in het algemeen minder zoet dat zijn jonge broer en geeft meer aroma’s vrij van “wilde gist”.
Tot zover de theorie.
Tijd om eens te testen of we echt veel verschil proeven, en vooral of de oude Orval een meerprijs waard is…
Ons proefpanel bestond uit 4 personen die de test blind uitvoerden. De jonge Orval was 3 maanden oud (de botteldatum staat op het etiket bij Orval), de oudere versie was 14 maanden oud.
Bij het schenken zien we al enig verschil in de schuimkraag. Die van de oude Orval is wat sterker.
Vooral in het aroma zijn er verschillen op te merken.
De jonge Orval heeft een fruitige geur met vanille, maar iemand merkt ook “wasverzachter” op.
De oude Orval heeft de aroma’s van eikenhout, geuze en “aardse” hinten.
In de smaak onderscheiden we nauwelijks verschil.
Het verwachtte verschil tussen jong-zoet en oud-droog is nauwelijks merkbaar.
Misschien moet het bier daarvoor nog wat langer rijpen.
Uiteindelijk hebben 3 van de 4 panelleden een voorkeur voor de jonge versie en is één verkocht voor de oudere versie.
Dan volgt het moeilijkste deel.
Na de bekendmaking doen we een wisselproef om onze conclusies nogmaals te testen.
De glazen worden dus opnieuw voorgeschoteld waarbij de proever nu moet aanduiden welk bier het nieuwe (of het oude) is en waarvoor hij dus aanvankelijk een voorkeur had.
Eén van de panelleden faalt en allen zijn het er over eens dat de verschillen niet enorm zijn.
Onze conclusies:
Try this at home.
* Het is leuk en leerzaam om bieren naast elkaar te proeven. Als je dus Orval op de kop kunt tikken kost het je niets om één of twee flesjes langer te laten rijpen (in goede donkere omstandigheden!).
* Het experiment zou nog boeiender zijn had er nog een derde Orval bij geweest die nog ouder was.
* Meer betalen in de horeca voor een Orval van 6 maanden of een jaar is zinloos gezien de kleine verschillen.
Een Orval van 2 jaar of ouder hadden we niet ter beschikking, dus daarover gaan we geen conclusies trekken.