Bokbieren

Bieren naast elkaar vergelijken kan erg leerrijk zijn. Voor dit experiment zetten we 5 herfst- of winterbokbieren naast elkaar.

De oorsprong van de Bokbieren is in Duitsland te zoeken waar de bieren van het stadje “Einbeck” zich vanaf de 17de eeuw als een aparte bierstijl begonnen te ontwikkelen en waar de naam verbasterd raakte naar “Ein Bock”.
Bockbieren waren de laatste brouwsels voor de zomer begon en het te warm werd om te brouwen (er bestaat nog steeds Lentebok).

In de 19de eeuw werd de stijl door “Beiersch” geïntroduceerd in Nederland.
Intussen waren de brouwmethoden al moderner en brouwden de grote brouwers ook in de zomer.
Dat betekende dat het laatste brouwsel met de ingrediënten van het vorig seizoen verschoof naar het einde van de zomer en dat dit bier op dronk zou zijn in de herfst. De herfstbok was geboren.
Momenteel is de stijl vooral bekend in Nederland, maar wij hadden dus het lumineuze idee om eens een paar herfstbokken met elkaar te vergelijken.

Nog voor we ons experiment begonnen konden we al één conclusie trekken.
In België zijn de bokbieren veel onbekender dan wij verwachtten.
Na het afschuimen van enkele drankenhandels was de buit beperkt tot de Winterbok van Barbar (brouwerij Lefebvre).

Dan maar naar Nederland waar de Albert Hein in Oostburg uiteindelijk soelaas bracht.

Zie hier ons experiment.

Alle bieren werden door ons 6-koppige panel blind geproefd. De algemene kenmerken van bokbieren zijn dat ze roodbruin tot donkerbruin zijn, zoetig met karamel en een alcoholgehalte hebben tussen 6,5 en 7,5%.
Ze kunnen zowel ondergistend als bovengistend zijn en hergisten meestal niet op de fles.

Barbar Bok is diep donker bier met een licht beige schuimkraag die vervalt in een blijvend sterk laagje.
Wellicht niet hergist want (voor zover de kleur een beoordeling toelaat) helder.
In het aroma heel duidelijk kandij, mout zoals in een brouwerij, en een vleugje oude koffie.

Opvallend zoete smaak met overmatig gebruik van bruine suiker. Daarnaast ook een zilte drop.
Voor één panellid is dit de topper uit de reeks.
Een tweede panellid houdt minder van de bierstijl in het algemeen, maar vindt deze ook de beste uit de reeks.
De tegenstanders zijn vrij fervent want door hen wordt deze te stroperig bevonden.

Niemand had gedacht dat de zoetste en donkerste ook de enige Belg in het gezelschap zou zijn.
Met 8% alc, ook de meest alcoholische.

Gulpener Bock kleurt wat roder in het glas.
Het schuim is alweer vrij bleek.
Dat wijst op het gebruik van karamel als kleurstof.

Gulpener verrast ons met enige zurigheid in het aroma, die ook terugkeert in de afdronk.
Verder in het aroma een licht gebrande geur.
Werd hier zowaar een beetje gebrande mout gebruikt?

De smaak is minder fruitig dan de voorgaande en ook in de smaak en afdronk komt wat gebrand naar voor.
Twee panelleden ervaren de lichte zurigheid als verfrissend op de algemeen zoete smaak en plaatsen dit biertje op de eerste plaats, anderen vinden het zuurtje eerder storend.

Pas op het einde enige hopbitterheid.
Eveneens 6,5% alc.

Hertog Jan Bockbier is op het eerste zicht nauwelijks te onderscheiden van de Barbar.
Het schuim lijkt nog iets minder sterk.
Het aroma is naast karamel ook fruitig met een vleugje banaan en daardoor verfrissend.

De smaak is zoet, maar in evenwicht.
Het fruitige en de lichte hopbitterheid bieden voldoende tegengewicht voor de zoete karamel.
Smaakvol voor 6,5% alc.
Deze is zo evenwichtig dat er eigenlijk weinig te beleven valt.

De Gulpener wordt door niemand op de eerste plaats gezet, maar kent ook minst tegenstanders in het proefpanel.

Jopen Bokbier haal je op het zicht uit de reeks.
De kleur neigt eerder naar donker amber en de Jopen is ook het enige bier dat vrij troebel is en dus met zekerheid hergist in de fles. De minst aangename voor het oog, al krijgt hij wel complimenten voor het etiket. Eveneens 6,5% alc.

Aan de Jopen moet je even wennen.
Meer hop in het aroma en karamel is hier afwezig.
Naast fruitig ook grassig en aardse toetsen.

Minder zoet dan de eerste 3 maar toch goed in evenwicht.
We proeven zoete chocolade, hop en gebrand sluiten de smaak af, aangevuld met kandijsuiker.

Opnieuw een bier met voor- en tegenstanders.
Eén panellid vindt deze de beste uit de reeks, anderen laten het glas staan.

La Trappe Bockbier moet als trappist de eer hoog houden, en dat zie je vooral.
Dit bier ziet er erg aantrekkelijk uit.
Diep donker met een sterke romige licht beige schuimkraag.

Een vrij gesloten aroma onder die dikke schuimkraag.
Toch komt het aroma een beetje artificieel over.
In de smaak worden we naast karamel en zoete mout nu ook voor het eerst een stevige hopbitterheid gewaar.

De nasmaak is lang en vrij bitter.
Deze is iets steviger dan zijn Nederlandse vrienden, met 7% alc.

Voor de La Trappe kiest 1 panellid.

Conclusie:
Bokbieren zijn vooral een Nederlandse traditie.
Dat zie je dus zowel in de winkels als in de merken.
Liefhebbers van het zoetere biertype kunnen hun hartje ophalen, maar verrassingen en complexiteit zijn vrij beperkt.

De Gulpener kent duidelijk de minste tegenstanders, al kiest niemand dit bier als zijn favoriet.
Toch zouden we daarom stellen dat hij het nipt op punten haalt van de La Trappe in dit experiment.