Het is intussen een kleine traditie geworden dat de bestuursploeg van Ambibrew samen met de respectievelijke gezinnetjes jaarlijks een uitstapje doet.
Na de geuzebrouwerijen vorig jaar bezochten we dit jaar Emelisse in Kamperland aan de overkant van het Veerse Meer.
Sinds het veer over de Westerschelde niet meer toegankelijk is voor voertuigen kun je Walcheren en het Veerse Meer dus best bereiken via de tunnel in Terneuzen.
Een dik uurtje rijden toch, dus moesten we allemaal vroeg uit de veren om tegen acht uur te kunnen vertrekken in Adegem.
De fietsen waren op de auto’s geladen want weersvoorspellingen waren niet slecht. Maar onderweg hadden we al regen.
Na een koffietje in Veere klaarde de lucht echter op en konden we het veerpont nemen naar de overkant van het Veerse Meer, naar Kamperland.
De vriendelijke bemanning had een grapje voor elk van ons in petto.
Onze timing bleek zo strak te zijn dat de deuren van brouwerij Emelisse nog gesloten bleken.
Dan maar een ander plaatsje gezocht voor een aperitief. De plaatselijke frituur had nog een behoorlijk bier assortiment, dus dat was een meevaller.
Wellicht geen meevaller voor de uitbater voor de frituur was het feit dat wij tegen de middag vertrokken, want wij hadden gereserveerd in de brouwerij!
Brouwerij Emelisse was in een vorige editie van Ambibrew al eens “brouwerij in beeld”.
Nog eens de lof zwaaien over de kwaliteit van hun bieren is er dus misschien wat over, maar toch… Ze zijn verdomd goed die bieren van Emelisse!
We hadden het brouwersuurtje gereserveerd en kregen dus een rondleiding in de brouwerij, door de brouwer zelf.
Dat is altijd een meerwaarde, want de man is uiteraard dé specialist bij uitstek.
De man slaat ook nagels met koppen als hij ons (Belgen) zegt dat de buitenlandse kleine craftbrewers een tijdlang innovatiever zijn geweest dat de meeste Belgische brouwers en dat we te lang aan “navelstaren” hebben gedaan.
Bewijze de artikelen in het “biernieuws” in ons tijdschriftje van vorig trimester.
Na de rondleiding was er ook een degustatie met hapjes.
Wat op zijn Hollands: erg vriendelijke mensen, maar de hapjes waren wat magertjes.
Te zeggen, één stukje kaas per persoon en één klein satéetje.
Waar de rest van de kaasjes op de plank dan heen gingen? Joost mag het weten.
Maar goed dat mag muggenzifterij heten, want de porties van de lunch in Emelisse waren zoals we eerder al ervaren hadden royaal. Heerlijke streekproducten, met zorg en veel vriendelijkheid gebracht.
Lang konden we nadien niet blijven hangen want we hadden nog een fietstocht gepland rond het Veerse Meer om terug in Veere te geraken.
Met een 5-jarige in het gezelschap nam dat natuurlijk behoorlijk wat tijd (en stops onderweg) in beslag.
We konden nog maar eens vaststellen dat in Nederland heel creatieve brouwers aan het werk zijn, maar dat de biercultuur er niet leeft zoals in België.
Op amper een tiental kilometer van de brouwerij deden we een terrasje aan het strand waar op de reclamepanelen gepocht werd met “50 soorten bier”.
Allemaal Belgische, en geen Emelisse.
Even later in Veere veel erger: enkel pils, Wieckse witte (aaargh! Mag dat bier heten?), Duvel en Grimbergen.
We sloten de dag af met een lekker Belgisch frietje in ons lokaal ’t Kruisken en lesten onze dorst.