Deze maand een biertje van Nederlandse makelij, ééntje uit het gamma van de enige Nederlandse trappist La Trappe van de abdij in Koningshoeven. De paters aldaar hebben het beheer van de brouwerij weer in eigen handen sedert enige jaren en mogen dus terecht de naam trappist weer gebruiken.
Het bier is verpakt in typisch Nederlandse flesjes van 30cl met een korte hals met de eigen verzorgde “La Trappe-etiketten”. De Quadrupel is te herkennen aan de paarse Q op het etiket en is met zijn 10° alc de zwaarste uit het aanbod.
Bij het uitgieten zien we een bruin bier met een mooie rode schijn en een fijne pareling. Het schuim is mooi wandklevend, licht beige en vervalt snel tot een blijvend laagje. Wij zouden het biertje gesluierd noemen. Net zoals de verpakking presenteert dit bier mooi.
De geur is vrij complex, zoals dat van een bier van 10° mag verwacht worden. We ruiken een soort typische abdijgist die een vol en zoet aroma geeft. Hop is nauwelijks in de geur te onderscheiden. Wel alcohol en mout, maar de gist blijft de bovenhand houden.
Ook de smaak is vrij complex. Er is een zoete aanzet die een beetje mouterig is en die uitvloeit in een zeer zachte hopbitterheid. Door de verschillende leden van het proefteam werden toetsen genoteerd als anijs en rozijnen. Het bier doet ons nogal denken aan de Chimay rouge en drinkt lekker weg.
Enig minpuntje aan dit bier is dat het vrij veel alcohol bevat en toch een lichte smaak heeft. Het is dus een verraderlijk biertje waarvan je het gevoel hebt dat het lekker doordrinkt, maar waardoor je snel van slag bent. Van smaak en type is het bier zeer goed te vergelijken met Chimay rouge dat toch heel wat lichter is van alcohol en daarom licht onze voorkeur geniet.
Toch een zéér geslaagd bier. Heerlijk voor op een zomers terras!